Muziektheorie
© Theo Buys - Gitaarheld.nl
Muziektheorie oftewel Muziekleer omvat Melodieleer, Akkoordenleer, Harmonieleer, Akoestiek en Instrumentenleer. Dit lijkt allemaal erg ingewikkeld, maar valt in de praktijk gelukkig erg mee. Je moet alleen wat doorzettingsvermogen hebben en veel oefenen. Als voorkennis wordt enige vaardigheid in het bespelen van de gitaar of ander instrument verwacht. Ook het kunnen lezen van het notenschrift is een pre, maar het is niet noodzakelijk om mijn verhandelingen te kunnen volgen. De beschrijvingen gebruiken zoveel mogelijk de toonladder van C, omdat deze geen kruizen of mollen bevat. De besproken principes gelden natuurlijk ook voor de andere toonaarden. Een opsomming van akkoordgrepen ontbreekt, omdat met de verstrekte informatie (als deze compleet is) de lezer zelf akkoordgrepen kan samenstellen.
Boeken over Muziekleer
Ik gebruik zoveel mogelijk de Nederlandse muziekuitdrukkingen, die zijn beschreven in het boek Algemene Muziekleer van Sem Dresden. Een ander belangrijk boekwerk is de Algemene Muziekleer van Theo Willemze waarin de muziekuitdrukkingen kunnen afwijken van het werk van Sem Dresden. Andere boeken die ik heb geraadpleegd zijn: Harmonieleer van Hennie Schouten en Grondslagen van de muziekteorie (sic) van M. J. Lürsen. De eerste twee boeken zijn eigenlijk onmisbaar voor de muziekstudie.
Gitaardiagrammen
Ik gebruik de volgende soorten diagrammen:
Figuur 1
Figuur 2
p = 3e pos.
Figuur 3
De snaren van de gitaar worden gestemd in Spaanse concertstemming: E - A - D - G - B - E
Dit wordt uitgelegd op de pagina "Gitaar Stemmen".In Figuur 1 geef ik een toonladder weer met intervallen, zoals deze op de hals van de gitaar worden gespeeld. Een vierkante rode punt is de grondtoon. Het is vierkant gemaakt voor kleurenblinden die de kleur rood niet kunnen zien. Het is ook geschikt voor printers die geen kleur kunnen afdrukken. De punten met de cijfers stellen de volgende intervallen voor: 1 is de grondtoon of prime, 2 is de seconde, 3 is de terts, 4 is de kwart, 5 is de kwint, 6 is de sext en 7 is het septiem.
Dit wordt uitgelegd op de pagina "De toonladder van C".In Figuur 2 geef ik een akkoordgreep weer, waarbij de punten met de cijfers de vingers voorstellen: 1 is de wijsvinger en of duim, 2 is de middelvinger, 3 is de ringvinger en 4 is de pink. Een snaar met een rondje erboven wordt ook aangeslagen.
In Figuur 3 geef ik ook een akkoordgreep weer. Een vierkante rode punt is de grondtoon. Een snaar met een kruisje erboven wordt niet aangeslagen. De p geeft de positie (fretvakje) op de hals weer en wordt onder het diagram verklaard.
Lees verder...
